Zeer uitgebreide collectie Engelse antieke theepotten en koffiepotten
Binnenkort kunt u hier terecht voor afbeeldingen en merktekens van een selectie uit mijn brede collectie Engelse thee- en koffiepotten.
(Klik op een afbeelding voor een grotere weergave)
Britannia metaal
In Engeland wordt vooral gebruik gemaakt van Britannia metaal, een specifieke tinlegering die populair werd door het zilverachtige uiterlijk en het gladde oppervlak. De samenstelling is een mix van tin, antimoon en koper. Een typische legering van Britannia metaal kan bestaan uit ongeveer 92% tin, 6% antimoon en 2% koper.
Britannia metaal ontstond in Sheffield, Zuid Yorkshire. Een decennium nadat Sheffield plaat was geïntroduceerd, omstreeks 1769, begon James Vickers uit Sheffield met de productie een “wit metaal” als goedkope vervanger voor zilver. Zijn formule was vergelijkbaar met traditioneel tin, behalve dat er in plaats van lood nu antimoon en koper werden toegevoegd aan de tinlegering.
In 1792 werd de term “Britannic Metal” voor het eerst gebruikt voor dit “witte metaal,” en in 1800 waren er 12 bedrijven in Sheffield die voorwerpen van Britannia metaal produceerde van uitstekende kwaliteit.
Verzamelaars die de uitdaging aangaan om de grootste collectie voorwerpen van Britannia metaal te verkrijgen van verschillende makers, staan voor een bijna onmogelijke taak. Alleen al in Sheffield werkte meer dan 300 Britannia metaalmakers in de periode 1769 tot 1900.
Inferieure kwaliteit tin
De handel in Britannia metaal bloeide in Sheffield en verspreidde zich naar Birmingham, waar de kwaliteit zeker niet altijd gelijk stond aan die van Sheffield. Tegen 1824 werd er ook in Amerika gestart met productie van Britannia metaal. Vakmanschap en ontwerp zijn ook in Amerika doorgaans inferieur aan die van Sheffield.
In 1822 waren er 14 bedrijven die voorwerpen van Britannia metaal maakten in Sheffield. In 1879 waren dat er maar liefst 43. In de periode van 1769 tot 1900 produceerden meer dan 300 verschillende bedrijven Britannia metaal in Sheffield. En verschillende bedrijven produceren vandaag de dag nog altijd Britannia metaal. Een van hen is James Dixon & Sons. Begonnen in 1804 en momenteel produceert men producten van Britannia , zilver en verzilverd.
Britannia metaal, is het tin?
Ja, Britannia metaal is tin! Voor de tinlegering Britannia metal is vanuit een metallurgisch oogpunt geen officiële of wetenschappelijke formule. Het is een romantische term.
Verzamelaars werden vaak ontmoedigd door de slechte kwaliteit van het late Britannia metaal. Britannia metaal had zijn hoogtepunt bereikt rond 1850, en vanaf ongeveer 1870 ging de kwaliteit achteruit.
Hoewel ook nikkelzilver, het zogenaamde imitatie zilver, werd gebruikt, was Britannia metaal het meest gebruikte basismetaal. Deze goedkopere gegalvaniseerde nikkelzilver-items uit de periode 1870 tot 1910 bezorgden Britannia metaal de reputatie van goedkoop basismetaal. Toch bleven veel Sheffieldse bedrijven hoogwaardige producten op basis van Britannia metaal maken.
Herkomst en datering Britannia metaal
Verzamelaars van Britannia metaal items, net als andere verzamelaars over de hele wereld, willen vooral weten “Wie heeft het gemaakt? “en “Hoe oud is het?” Hoewel een paar items van Dixon zijn gedateerd, dat wil zeggen dat de datum van fabricage is geplaatst op het artikel, was dit zeer ongebruikelijk. Behalve in een paar uitzonderlijke gevallen zijn de nummers op de bodem van theepotten geen data, maar refereren ze naar het ontwerp of een stijl.
Als een stuk Britannia metaal Engels is, en het is gemerkt, dan is het zeker van Sheffield makelij. Ongemerkt Engels Britannia metaal is doorgaans afkomstig uit Birmingham. De stelregel is, hoe minder er in een merk staat, hoe ouder het is. De merktekens van makers zijn slechts één methode om Britannia metaal te dateren. Voor het dateren van Engelse theepotten en koffiepotten kunnen de handvatten en knoppen de beste aanwijzingen geven.
Handvatten
Tot ongeveer 1840 waren de handvatten van alle Britannia theepotten en koffiepotten die in Sheffield werden vervaardigd van hout. Na die tijd werden de handvatten ook gemaakt van gegoten metaal. Tegen 1845 werden bijna alle theepotten en koffiekannen voorzien van metalen handvatten in plaats van houten. Metalen handvatten namen na 1845 een grote verscheidenheid aan in vorm en ontwerp. Een wijnstok handvat was zeer populair rond 1844-1848. Een houten handvat alleen garandeert echter niet dat een pot van vóór 1841 is. Want ook na die periode werd hout af en toe gebruikt. In combinatie met andere kenmerken, zijn handvatten nog steeds een belangrijke factor bij de datering theepotten en koffiepotten.
Tuiten
Ook de tuiten van theepotten en koffiepotten zijn kenmerkend voor bepaalde perioden. Van 1810 tot 1830 waren de tuiten onversierd. De tuiten waren glad en de bovenzijde zijn vlak. Van 1820 tot 1845 werden bijzonder exclusieve tuiten gebruikt die aan de basis zijn gegroefd. Tegen 1845 werden er kleine variaties aangebracht met meer sierlijke decoraties.
Na 1850 werd een grote verscheidenheid aan tuiten gebruikt, waarvan sommige erg sierlijk. Een bladmotief met reliëf was gebruikelijk tussen 1855 en 1875.
Andere methode om te dateren
Een minder voor de hand liggende methode om tot een datum voor Britannia metaal te komen, is om de constructie te bestuderen. Er is een scherp oog voor nodig en veel oefening; niettemin, de kennis van bepaalde constructiekenmerken is nuttig. Vóór 1830 stonden merktekens bij een theeservies ofwel op een rand of op van de drie soorten voeten: bal of knop; leeuwenpoot, of schelpmotief. De zwaardere, meer sierlijke voeten van dateren na 1830.
Bron: documentatie op website Nederlandse Tinvereniging (oorsprong: Engels).